Kroniek van Kalfort, 1890-1895


We zetten onze Kalfortse kroniek voort en belanden in de jaren 1890-1895. Het is een periode waarin weinig wereldschokkends gebeurt. Kalfort blijft een rustig dorp van landbouwers met de gemeenteschool, de kerk… Nu en dan wordt er gestolen of gevochten. Zeker en vast was dat dan onderwerp van gesprek in de vele café's die Kalfort toen rijk was.

Allemaal beestjes

Als er nieuws te rapen valt in een landelijk dorp, dan zijn er nogal dikwijls dieren bij betrokken. Aan rasveredeling werd hard gewerkt. Om de boeren voor te lichten werden vergaderingen georganiseerd, zo onder meer op 7 juni 1891 door veearts Alfons Raport "In den Hert" aan de brug te Kalfort. De landbouwcommissies organiseerden keuringen. Op de stierenkeuring van 26 mei 1890 in Oppuurs was Juliaan Cools van Kalfort aanwezig. Hij haalde met het ras "wit en zwart" de vierde premie en ging met 30 frank naar huis. Ook op de stierenkeuring van Sint-Amands in 1892 is Cools aanwezig. Hij behaalde er de eerste prijs en won 85 frank. De kinderen Seghers behaalden de derde prijs, goed voor 45 frank. Op 22 mei 1893 waren er weer Kalfortenaren met hun stieren present op de keuring. Louis Lemmens van de Schaliënhoeve haalde de eerste prijs en kreeg 85 frank.

Op donderdag 11 februari 1892 zorgde een paard voor grote opschudding op de Puurse markt. Voorman M.V.D.B. reed met een jong paard met lege kar naar huis. Het paard schrok van iets, begon te steigeren en stormde in wilde vaart door de kramen. De voerman deed al het mogelijke om het dier tot staan te brengen, waardoor hij van zijn kar viel en kwetsuren aan het hoofd opliep. Enkele kramen werden beschadigd, maar dankzij de interventie van veldwachter Frans De Schryver van Kalfort en Jean Rasse, boswachter van Hingene, werd het paard tot staan gebracht.

Kippendiefstallen kwamen veel voor. In de nacht van zondag 1 november 1891 werden er bij kiekenpoelier Frans Rottiers in de Schipstraat zeven kippen en een haan gestolen. Op 17 september 1893 werden bij Joannes Ilegems op de Hoge Lichter 20 kippen gestolen. En op 21 augustus 1894 zijn de kiekendieven op pad in de streek. Het Nieuwsblad heeft er een hele kolom voor over: "In de nacht van dinsdag op woensdag was Calfort aan de beurt; waarschijnlijk waren de schelmen belust op de gevette kermiskiekens. In de vroege morgen van woensdag waren de gendarmen van de brigade van Puurs nog op wachtronde en stelden vast dat rond 3 1/2 ure bij verscheidene landbouwers de deuren van schuren of stallen openstonden. Zij wekten de bewoners en deze merkten weldra dat dit het werk van dieven was. Bij de kinderen V. was in de schuur een zak graan uitgegoten... de ledige zak kon dienen om de kiekens in te steken. 13 konden er hier al in. De nachtridders moeten goed buit gemaakt hebben, want behalve kiekens zijn er ook hennen gestolen. Seffens waren twee drie van de bestolenen gereed om naar Merchtem te rijden met de hondenkar van de poelier Rottiers. Op de markt aldaar stonden twee personen bij wie zij nog enkele van de gestolen kiekens en hennen hebben gevonden. De andere waren waarschijnlijk reeds verkocht, zij hadden een lege mand in een herberg gezet. Een van de twee personen, een zekere T. van Londerzeel Sint-Jozef, werd aangehouden en is gevankelijk naar Brussel gevoerd; de tweede kon gaan lopen. De aangehoudene was nog in het bezit van enkele revolverkardoezen; het wapen had hij niet meer bij zich."

Zien wij zwanen als prachtige dieren, Van den Wiele, eigenaar van Coolhem, had er een ander idee over. In februari 1893 lezen we: "Talrijk zijn de zwanen die tegenwoordig in de omtrek ronddwalen en er zijn er ook velen die niet meer zullen vertrekken! M. Van den Wiele van Calfort (Coolhem) heeft er al vier geschoten, en hij hoopt dat het er nog niet bijblijven zal."

De rode haan kraait

De rode haan kraaide op vele Kalfortse hoeven. Op 24 mei 1890 was er een begin van brand in de Schaliënhoeve, maar die kon vlug worden geblust. Er was maar voor enige franken schade aan het stro.
Op dinsdag 22 december 1891 was er een geweldige brand in de Lichterstraat. In de schuur van de hoeve van Désiré Meersmans was men bezig vlas te bewerken. Om beter te kunnen zien, had men een brandende petroleumlamp aan een stok omhoog gehangen. De lamp was er echter afgevallen en gebroken. De petroleum verspreidde zich en weldra was de schuur een grote vuurpoel. Het vuur verspreidde zich naar de andere gebouwen, het eerst naar de koestal. En terwijl men meubelen, winkelwaren en landbouwalaam redde, stonden de koeien te verbranden. Een rund, waarvoor 's morgens 180 frank was geboden, was bijna geheel verkoold. Een ander rund en twee koeien werden gered, maar hadden erge brandwonden. De schuur en stallingen werden helemaal vernield; alleen naakte muren waren hiervan blijven staan en ook de kap van het huis is verbrand. De schade werd op 3000 frank geschat. Er was geen verzekering afgesloten.

Op donderdag 26 oktober 1893 ontstond er brand in de woning van Joannes Verhoeven in de Coolhemdreef. Heel de inboedel, alaam en oogst bleven in de brand; twee koeien en enige meubelen werden gered. Dank aan het moedige werk van de buren en het toegesnelde volk en door het gebruik van de brandspuit, bleef het aanpalende huis - alhoewel beschadigd - gespaard. Dit huis werd bewoond door houtzager Livinus Walschap. De schade voor de eigenaar van het gebouw, Frans De Keersmaecker van Liezele, bedroeg 1000 fr. en voor de huurder 1500 fr. Oorzaak was de bakoven, waarin 's morgens nog brood was gebakken en waaruit vermoedelijk gensters tussen de pannen van het huis waren gevlogen. Alles was verzekerd door de maatschappij Helvetia.

Maandagnamiddag 23 april 1894 vernielde een hevige brand de stallingen van de hoeve van Edmond Cools op de Coolhemdreef. Slechte enkele minuten nadat de brand werd bemerkt, stortte het dak van het gebouw in. Al wat men nog kon doen, was het woonhuis vrijwaren. De staldeuren waren niet open te krijgen. Drie koeien, twee drachtige vaarzen en een kalf kwamen in de vlammen om. Men schatte de schade voor de pachter op omtrent 2000 fr. Het vernielde gebouw, toebehorend aan mevrouw Deudon-d'Huysbroeck, had een waarde van 2000 fr. Edmond Cools was op het ogenblik van de feiten naar Onze-Lieve-Vrouw Waver. De 21-jarige meid Maria Hellebooge was alleen op de hoeve met een werkman Livinus Walschap, gezegd Charles De Wal. Aangezien de brand in nogal eigenaardige omstandigheden ontstond, werd er door de politie een onderzoek ingesteld. Het parket kwam ter plaatse; de meid en de werkman werden aangehouden en naar Mechelen gebracht. Beide beschuldigden betichtten elkaar.

Een wens voor 2003?

Misschien droom je er soms eens van en hoop je dat het je ook overkomt. In augustus 1892 gebeurde het in Kalfort. Bij de afbraak van een huis op Hoek ten Eike, vroeger bewoond door Van Huynegem werd er door een knaap een blinkend doosje met vijf stukken van vijf frank gevonden. Een vrouw, die daarop ook ging zoeken, vond ook nog een beursje met 25 frank in. Men veronderstelde dat dit geld verborgen was door een oud bewoner van het huis, in 1872 overleden. Van geluk voor de vinders gesproken!!

Criminaliteit

Dinsdagnacht 7 oktober 1890 werd er op stoutmoedige wijze ingebroken bij de kinderen Janssens, achter het dorp, niet ver van het gebouw van de gewezen katholieke school. Pauline Janssens beheerde daar samen met haar broer, "een ongelukkige, die het verstand verloren heeft" een kossaarderij (of klein boerenbedrijf). De dieven klommen langs achter met een ladder op het dak, namen enkele pannen af waardoor ze een klein venster konden openen. Pauline ontwaakte door het gerucht en verzette zich dapper tegen de dief, die doodsbedreigingen uitte en haar bijna wurgde. Er werd 20 frank gestolen, een zilveren zakuurwerk en een gouden garnituur (broche, oorringen en ketting), alles ter waarde van 200 frank. Ongetwijfeld had de dief veel meer geld verwacht, omdat Pauline onlangs een lot haver had verkocht. Met die som waren er echter al enkele schulden betaald. Het andere geld was in een kerkboek verborgen.
De politie stelde een onderzoek in. Ook het parket van Mechelen kwam ter plaatse. Donderdag duidde Pauline een zekere F.S. uit de buurt aan als dader. F.S. werd opgesloten in de gevangenis van Mechelen. Nochtans bleek hij onschuldig. Heel Kalfort geloofde in zijn onschuld: "hij is er te eerlijk voor". Op 27 oktober werd hij vrijgelaten en door de buurt (maar vermoedelijk niet door Pauline) hartelijk onthaald.

Terwijl Edmond Cools op dinsdagavond 17 februari 1891 op zijn land aan de Coolhemdreef te Calfort nog een weinig werkte, vielen twee kerels hem zonder de minste reden aan en sloegen en stampten hem met een afgrijselijke wreedheid. Zij namen hem zijn spade af, met welke hij zich eerst kon verweren. Was Edmond Cools niet struis van gestel, dan was hij zeker onder de mishandelingen bezweken. Toen er hulp opdaagde en veldwachter De Schryver was verwittigd, hadden de kerels zich uit de voeten gemaakt, hun slachtoffer voor dood achterlatend. De daders waren gekend, het waren zekere Fl. en D.C. van de Kleine Amer en Wintam. Proces-verbaal werd opgemaakt.

De genaamde Fr. W. van Ruisbroek werd op dinsdag 21 juli 1891 aangehouden door de gendarmen wegens aanranding van een 13-jarig meisje, Louisa W. van Kalfort. Woensdag heeft het parket een onderzoek ter plaats gedaan, en Fr. W. werd afgevoerd naar de gevangenis van Mechelen.
Begin 1892 werd Petrus V., herbergier en winkelier te Kalfort, gewaar dat uit de tooglade in zijn winkel geld werd gestolen, en besloot de wacht op te trekken. Vrijdagnamiddag 11 februari kwam de genaamde Maria Petronilla O.d.B., huisvrouw T. te Kalfort, om petroleum, zoals ze gewoon was. Terwijl vrouw V. deze achter ging halen, opende de klant de schuif en greep wat van de inhoud. Zij werd echter op heterdaad betrapt door de baas. De politie werd verwittigd en stelde een onderzoek in. Vrouw T. bekende en gaf zelfs de sleutel van de lade mee, die zij acht dagen geleden had meegenomen.

Te Kalfort had op zondag 29 mei 1892 een vechtpartij plaats tussen enkele Kalfortenaren en jongelingen van Tisselt. De fanfare van Tisselt was deze van Kalfort komen bezoeken en 's avonds ontstond er ruzie met als gevolg een grote vechtpartij. Enkele personen werden zelfs ernstig gekwetst.

Maandagavond 18 september 1893 op de tweede kermisdag in Puurs kwam een manskerel naar het lokaal van Jozef Van Audenrode op het Schuttershof. Hij poogde zich meester te maken van het geld dat beneden aan de trap van de bovenzaal werd ontvangen, en dit terwijl de schoondochter van de baas er bij zat. Hij stootte de brandende petroleumlamp om, deed een greep in het geldkistje en nam de vlucht, met ongeveer 2 à 3 fr. koperen geld. De pleger van deze brutale diefstal was gekend, nl. August V. van Kalfort. Hij had vroeger nog enige rekeningetjes met het gerecht moeten vereffenen.
Begin november 1893 kwam een zaak van "engeltjesmakerij" voor de correctionele rechtbank van Mechelen. Vrouw J.V. werd veroordeeld tot 6 maanden gevangenis, de medeplichtigen een vroedvrouw van Antwerpen tot 1 jaar en E.V.M. tot 2 jaar.

Zondagnamiddag 3 december 1893 drongen er dieven binnen in de woning van de heer Jan Baptist De Block, landbouwer te Kalfort in het dorp. Bij afwezigheid van de bewoners kwamen de dieven langs achter binnen, eerst langs de stal en vervolgens in de keuken, waar de zoldertrap stond. De deur van deze trap hadden zij achter zich langs binnen vastgemaakt. Boven op de kamer van de dochter stalen ze al het geld. Een som van rond de 1800 fr. werd gestolen: een bankbriefje van 1000 fr., 5 van 100 fr., 2 of 3 van 50 fr., 25 kardoezen en nog enig zilveren geld. Uit het nachttafeltje op de kamer van J.B. De Block ontvreemdden zij een goudstuk van 20 fr. Uit de kist van de knecht haalden zij ook een 20-tal frank spaargeld. De dieven hadden het alleen op geld gemunt: de zilveren lepels en de gouden juwelen van de dochter bleven liggen.

Zondagnacht 29 januari 1894 kwamen er vier kerels aan de woning van Victor Peeters, landbouwer te Kalfort, achter het dorp. Zij braken eerst langs de achterkant van het woonhuis twee vensterblinden uit. Vervolgens zetten zij langs voor hun vernielingswerk voort en sloegen verscheidene ruiten uit, maar al de vensters waren van ijzeren kolommen voorzien. Toen braken ze de voordeur open. Peeters en zijn meer dan 70-jarige halfzuster die met hem woonde, werden door het lawaai gewekt. Het lukte de zuster ongemerkt langs achter weg te geraken om hulp te halen. Wanneer Peeters ook langs achter wilde vluchten, kreeg een der kerels hem in 't oog, liep hem achterna, en gaf Peeters een geduchte aftakeling. Geen van de inbrekers werd door Peeters herkend. Op het geklop en geroep van de zuster aan de woning van een buur, namen de schelmen de benen.

Verscheidene herbergiers van Kalfort merkten op maandag 24 december dat men hun vals zilveren geld ter betaling had gegeven. Een klacht werd ingediend en de gendarmerie leidde een 19-jarige persoon van Willebroek voor. De stukken waren nogal goed nagemaakt, en droegen de beeltenis van koning Leopold II, maar waren doof van glans en klank. Er waren slechte dubbele franken, franken, halve franken en stukken van vijf frank in omloop gebracht. De drie uitgevers van vals geld waren gewezen werklieden van De Naeyer te Willebroek, waar zij aan de deur waren gezet. Ook een 21-jarige jongen van Kalfort, Franciscus S. alias "den duim", werd aangehouden.

Openbaar leven

De parochiale kerk van Kalfort werd in 1890 verrijkt met twee nieuwe klokken. De deken van Puurs wijdde ze in. Als peter en meter waren meneer en mevrouw Van Assche en meneer en mevrouw Bernard Pauwels aanwezig.

Op woensdag 25 juni 1890 bracht de gouverneur van Antwerpen, baron Osy van Zegwaert, een bezoek aan Puurs. Na in de voormiddag in Puurs het gemeentehuis, de school, de kerk, het gasthuis, het klooster van de Ursulinen en de Vliet te hebben bezocht, trok de gouverneur met de overheden naar Kalfort. Kalfort had voor Puurs niet willen onderdoen. Heel het dorp was bevlagd en in feest. De fanfare wachtte de hoge bezoeker op aan de kerk welke het eerst werd bezocht. Daarna was het de beurt aan de jongens- en meisjesscholen. Het gulhartig onthaal dat overal aan de edele gast was bereid, wist deze door zijn minzaamheid en uitingen van tevredenheid en bewondering te vergoeden.
Op zaterdag 19 december 1891 werden er in Antwerpen onder meer de volgende werken aanbesteed: "Maken van eenen buurtsteenweg van Calfort (Puers) naar Luyaardshoek, langs "Kleinen Hamer". Geschat op fr. 50.000. Borgsom : 5000 fr." De werken werden toegewezen aan Ed. Van Eust van Borgerhout voor de som van 49800 frank.

Op zaterdag 30 Juni 1894 werden "gezondheidswerken in het gehucht Calfort, gemeente Puers" aanbesteed. Ze werden geschat op 9995 fr.
Woensdag 19 september 1894 stierf Philip Louis Van Assche te Kalfort, in de ouderdom van 67 jaar. Philip Van Assche was gemeenteraadslid van Puurs en volgens het Nieuwsblad "een braaf en rechtschapen man die niets dan vrienden telde."

Schooluitslagen

In de officiële prijskamp die plaats had in de maand juli 1890 tussen de leerlingen van de lagere
jongensscholen, bekwam de gemeenteschool van mijnheer Huygens een schitterende uitslag.
De zes volgende leerlingen behaalden een diploma of bekwaamheidscertificaat:
Bosserez Albert (153,2 p.), Lemmens Louis (142,6 p.), Kerremans Frans (141,8 p.), Lemmens Petrus (140,7 p.), De Boeck Alfons (138,9 p.) en Peeters Louis, 130,2 p. (op een maximum van 200 punten)
Ook een jaar later was de uitslag goed. Zeven mededingers bekwamen allemaal een diploma, nl. Bosserez Albert (184,3 p.), De Boeck Alfons (177,3 p.), De Boeck Jozef Alexander (185,9 p.), Goossens Gustaaf (131,6 p.), Kerremans Jozef Frans (185,1 p.), Lemmens Petrus Jan (184,4 p.), Verhoeven Cornelius (143,4 p.) (op een maximum van 200 punten)

Bij die gelegenheid bracht de fanfaremaatschappij een serenade aan de verdienstelijke onderwijzer, meester Huygens. Meneer Duvivier drukte aan Huygens de erkentelijkheid uit van de hele Kalfortse bevolking. Meester Huygens, na zijn dank te hebben betuigd, verklaarde dat, "met medewerking van de ouders, alle zijn pogingen zouden strekken tot de handhaving van de huidige toestand, en dat onophoudelijk zijn beste zorgen zouden worden toegewijd aan het onderwijs en de opvoeding van zijn leerlingen voor het geluk van Kalfort."

Ook in de wedstrijd in godsdienst tussen de leerlingen van de lagere scholen van het aartsbisdom Mechelen, scoorde Kalfort goed. Honderd leerlingen van de dekenij Puurs namen in 1891 deel. 19 bekwamen het erediploma, toegewezen aan de mededingers die 9/10 van de punten behaalden.
Op 100 te winnen punten behaalden:
Lemmens Peter Jan (98,5), Kerremans Frans Jozef (98), De Boeck Jozef (95,5), De Boeck Alfons (94,5), Bosserez Lodewijk Albert (94), Goosens Gustaaf (93,5) en Verhoeven Cornelius (90).
Het bestuur van de Académie artistique, scientifique et littéraire van Henegouwen, gevestigd te La Louvière, benoemde in oktober 1893 Frans Schampaert, bestuurder van de fanfare van Kalfort, tot titelvoerend lid van de Academie en kenden hem de medaille van eerste klas en het eerste erediploma toe. De fanfare bracht hem bij die gelegenheid een serenade. Frans Schampaert viel een jaar later nog eens in de prijzen. Hij won als bestuurder van de fanfare Sint-Cecilia van Liezele bij de trekking van het 10de Bestendig Festival van Antwerpen de 2de premie, ter waarde van 100 frank.

Kermis

Enkele nieuwtjes verzameld tijdens de jaarlijkse kermisperiode. T.g.v. de kermis hadden er op dinsdag 26 augustus 1890 openbare feestelijkheden plaats op Hoek ten Eike (zoals "ternooien, zaklopen, mastklimmen enz.). De organisatiecommissie bestond uit secretaris Louis Lemmens, voorzitter Frans Rottiers en schatbewaarder Constant Cools. Charles Suys en zijn vrouw "dikke Sophie", die café hielden in de Schipstraat, hadden dat jaar "een orgel staan dat de kroon spant boven al de vorige, splinternieuw, een meesterstuk van pracht en kunst." Bij Petrus Verbeeck-Borms in zaal "De Vlaamsche Leeuw", achter de molen te Kalfort, werden de nieuwste dansen uitgevoerd door het orkest Brys-Stroebelaer.
Gedurende de begankenis naar Onze-Lieve-Vrouw ten Traan van Kalfort in 1893, werden er in het station van Puurs 8117 reisbiljetten ontvangen, wat 871 meer was dan het jaar voordien. Er kwamen dus heel wat meer mensen met de trein op bedevaart.
Kalfortdorp

Nullamlacus dui ipsum conseque loborttis

Nullamlacus dui ipsum conseque loborttis non euisque morbi penas dapibulum orna. Urnaultrices quis curabitur phasellentesque.

Continue Reading »